Appearance
Use device theme  
Dark theme
Light theme

What does steunen mean in Dutch?

English Translation
More meanings for steunen
support verb
ondersteunen, onderhouden, schragen, stutten, dulden
back verb
teruggaan, de rug versterken van, wedden op, achteruitbewegen
assist verb
helpen, bijstaan, assisteren, meehelpen, medehelpen
endorse verb
onderschrijven, bevestigen, endosseren, overdragen, wenden
rest verb
rusten, uitrusten, blijven, laten rusten, rust hebben
sustain verb
volhouden, schragen, verduren, stutten
lean verb
leunen, neigen, aanleunen, overhellen, scheef staan
favor verb
bevorderen, begunstigen, bevoorrechten, aanmoedigen, voortrekken
depend verb
afhangen, afhankelijk zijn, vertrouwen, hangen, rekenen
patronize verb
beschermen, begunstigen
prop noun
steun, stut, schoren, stutten, schragen, leuning
steady verb
kalmeren, vastheid geven aan, koers doen
maintain verb
handhaven, onderhouden, in stand houden, beweren, betogen
moan verb
kreunen, jammeren, zuchten, kermen, betreuren
countenance verb
steunen
comfort verb
troosten, vertroosten, bemoedigen, verkwikken, opbeuren
abet verb
opruien, aanzetten, bevorderen, agiteren, ophitsen
underlay verb
steunen
heave a sigh verb
zuchten, kreunen
upbear verb
opbeuren
indorse verb
gireren, onderschrijven, endosseren, overdragen, wenden
line up behind verb
steunen
fall in with verb
beantwoorden, ontmoeten
play up to verb
vleien, helpen
second verb
seconderen, ondersteunen, helpen, bijstaan, de tweede stem zingen bij
favour verb
bevorderen, begunstigen, bevoorrechten, aanmoedigen, voortrekken
Find more words!
Use * for blank tiles (max 2) Advanced Search Advanced Search
Use * for blank spaces Advanced Search
Advanced Word Finder
See Also in Dutch
Similar Words
Translate from Dutch
go
Word Tools Finders & Helpers Apps More Synonyms
Copyright WordHippo © 2024